Leven in de tuin
Vlinders zorgen voor leven in de tuin, ik hou daar enorm van. Ze laten zien dat het lekker weer is en dat de natuur op orde is. Laatst kon je de Wetenschap een handje helpen door mee te werken aan de tuinvlindertelling. Er waren minder en andere soorten vlinders te zien dan normaal omdat ze door de langdurige hitte eerder waren uitgevlogen en er door de droogte te weinig nectar te vinden was. Het klein koolwitje is het meest geteld. En ik heb zelfs de kolibrievlinder gezien! Echter blijkt dat zowel de bedreigde soorten als algemene soorten steeds verder achteruit gaan.
Het viel op dat je dit jaar ook de buxusmot (een invasieve exoot) kon turven… in onze regio vaak geteld. Het is normaal dat een soort die nieuw verschijnt schade toebrengt. Daar speelt de natuur op in: er komen vanzelf natuurlijke vijanden die regulerend optreden. De verwachting is dat de schade aan de buxusplanten de komende jaren minder zal worden doordat vogels en muizen de rupsen hebben gevonden als feestmaal. Let dus op dat je geen vergif spuit waardoor andere dieren ook het leven laten.
Uit onderzoek is gebleken dat mensen met een nieuwbouwwoning het moeilijk vinden hun tuin in te richten en daardoor kiezen voor veel verharding. Dit is onder andere nadelig voor de diertjes die daar onvoldoende voedsel kunnen vinden. Maak daarom minimaal 50% groen. Vlinders leven van nectarbloemen, rupsen hebben wilde planten (waardplanten) nodig. Afhankelijk van de soort eten rupsen graag pinksterbloem, damastbloem, koolzaad, brandnetel, klimop, zuring, wegedoorn, hulst etc. Echte vlinderlokkende planten zijn uiteraard de vlinderstruik, maar ook ijzerhard, dropplant, koninginnekruid, zonnehoed, blauwe knoop, andoorn en hemelsleutel. Deze planten vormen samen een mooie bloemenborder om naar te kijken. Dubbel genieten dus!